Wijzigingen in de Wet op de Mede-eigendom (2019–2025)

Vereenvoudigde besluitvorming

Beslissingen over werken in de gemeenschappelijke delen vereisen nu een goedkeuring bij een meerderheid van twee derden (2/3) van de stemmen. Voor wettelijk verplichte werken is een goedkeuring bij een meerderheid van vijftig procent plus één (50% + 1) van de stemmen voldoende. Deze versoepeling maakt het gemakkelijker om noodzakelijke werken door te voeren.

Afbraak en heropbouw vereenvoudigd

Voorheen was unanieme goedkeuring vereist voor afbraak en heropbouw van een gebouw. Sinds de hervorming is een goedkeuring bij vier vijfde (4/5) van de stemmen voldoende, mits de afbraak noodzakelijk is voor veiligheid of hygiëne, of de renovatiekosten buitensporig zijn.

Flexibiliteit in statuten tijdens de bouwfase

Projectontwikkelaars kunnen de statuten van de mede-eigendom aanpassen vóór de oplevering, op voorwaarde dat dit geen privédelen raakt of extra kosten voor de mede-eigenaars met zich meebrengt.

"Betaler beslist"-principe

De Vereniging van Mede-Eigenaars (VME) kan exclusieve gebruiksrechten beëindigen met een meerderheid van vier vijfde (4/5) van de stemmen, mits er een rechtmatig belang is en een eventuele vergoeding wordt voorzien.

Transparantie in syndicuscontracten

Het contract met de syndicus moet een duidelijk overzicht bevatten van de inbegrepen en extra prestaties, met bijbehorende tarieven.

Informatieplicht naar huurders

Verhuurders zijn verplicht huurders te informeren over de beslissingen van de algemene vergadering, zodat ook huurders op de hoogte zijn van belangrijke wijzigingen.

Snellere invordering van achterstallige bijdragen

De wet voorziet in versnelde procedures voor het innen van achterstallige bijdragen, wat de financiële gezondheid van de VME ten goede komt.

Juridische en administratieve aanpassingen

Naast de bovengenoemde wijzigingen werden er ook juridische en administratieve aanpassingen doorgevoerd:

• Rechterlijke herziening van kostenverdeling: Een mede-eigenaar kan de rechter verzoeken om de kostenverdeling te herzien.

• Verduidelijking van mede-eigendomsstructuren: De wet maakt een onderscheid tussen toevallige, vrijwillige en gedwongen mede-eigendom, met specifieke regels voor elk type.

• Codificatie in het Burgerlijk Wetboek: De bepalingen inzake mede-eigendom werden opgenomen in Boek 3 van het nieuwe Burgerlijk Wetboek, dat op 1 januari 2020 in werking trad.

Conclusie

De hervormingen van de Wet op de Mede-eigendom in België hebben geleid tot een meer flexibele en transparante regeling voor appartementsgebouwen. Door de vereenvoudigde besluitvormingsprocedures, de mogelijkheid tot afbraak en heropbouw met een gekwalificeerde meerderheid, en de verbeterde informatievoorziening naar huurders, kunnen mede-eigenaars efficiënter inspelen op de uitdagingen van het moderne vastgoedbeheer. Deze aanpassingen dragen bij aan het behoud van de waarde en de kwaliteit van appartementsgebouwen in België.